Het grootste olieveld van Europa ligt onder Schoonebeek. Het Drentse dorp werd in 1996 door de NAM verlaten omdat de winning van de olie niet meer rendabel was en zijn de bekende ja-knikkers hier definitief gestopt. Vanaf 1945 is hier olie geproduceerd.
Het is een combinatie van verschillende technieken die deze hernieuwde oliewinning mogelijk maakt; zo kan men nu vrijwel horizontaal door een olieveld boren en maakt men met stoom de olie onder in de grond vloeibaar waardoor het gemakkelijker op te pompen is. De stoom wordt gemaakt met warmte van de energiecentrale in Schoonebeek die zo’n slordige 125 megawatt aan elektriciteit een het net levert. Omgerekend is dat genoeg voor een derde van de energiebehoefte van de provincie Drenthe.
Deze stoom komt vermengt met olie weer terug bij de energiecentrale die de olie van het water scheidt. De olie wordt door een lange leiding naar het Duitse Lingen getransporteerd om te worden geraffineerd. Het afvalwater wordt naar Twente getransporteerd en hier diep onder de grond gebracht. De enorme hoeveelheden water die gebruikt worden om de stoom te maken komt uit Emmen. Hier staat de zogenoemde Ultrapuurwater fabriek die het rioolwater van de gemeente Emmen reinigt zodat het extreem schoon is en geschikt is voor de productie van stoom. De NAM schat in dat met de combinatie van deze technieken nog voor zeker 25 jaar olie te winnen is. Onder de grond in Schoonebeek zat naar schatting een hoeveelheid van 1 miljard vaten ruwe olie waarvan er de afgelopen 50 jaar zo’n 250 miljoen vaten gewonnen zijn.
Samen met minister Maxime Verhagen draaide de directeur van de NAM, de heer Bart van de Leemput de kraan open en liet symbolisch het ‘zwarte goud’ weer stromen. Schoonebeek is nu zonder ja-knikkers opnieuw een oliedorp geworden.